Op onze intervisie presenteerden Sigrid ten Heuvel (gemeente Enschede) en Nick Lindenberg (Gemeente Almelo) hun succesvolle aanpak op grip op hun verbonden partijen.
Een van de vier essentiële pilaren binnen het in control statement is: grip op verbonden partijen. Op dit punt werken Almelo en Enschede met enkele andere Twentse gemeentes productief samen. Enschede heeft momenteel 18 verbonden partijen en maakt deel uit van meerdere gemeenschappelijke regelingen binnen Twente. Vooral de informatievoorziening is hier een issue waaraan gewerkt wordt. Almelo heeft gedeelde partijen met Enschede en neemt deel aan bijna dezelfde gemeenschappelijke regelingen. Binnen deze gemeente is vooral het heroverwegen van deelname aan verbonden partijen actueel.
Verbonden partijen
De kernvraag is: hoe kun je op een optimale, objectiveerbare manier zicht krijgen op de risicoprofielen van deze partijen? Als zeventig procent gelijk is, dan is samenwerken een logische stap (in deze samenwerking zitten onder andere Enschede, Almelo, Hengelo, Borne en Tubbergen). Uiteindelijk pakte deze keuze goed uit voor de gemeentes. Met behulp van Naris werd een kernachtige vragenlijst samengesteld van 33 vragen, die ook de partijen zelf als relevant ervaren. Het is erg boeiend om te zien hoe de risicoprofielen zich in de tijd ontwikkelen. De vragen zijn verdeeld over een negental indicatoren, die vooral op eigenaarschap gericht zijn, waar via self-assessment verschillende gewichten aan gehangen kunnen worden. Op elke vraag kun je scoren van 10 tot 50 (van laag tot hoog risico) Dit leidt tot een totaal- risicoscore.
Alle verbonden partijen belanden vervolgens in een spinnenweb waardoor je direct de hoge risico’s herkent. In een heldere grafiek wordt het financieel belang versus de risicoscore zichtbaar gemaakt. Deze wordt opgenomen in de paragraaf verbonden partijen.
Toezicht
In Twente is er goede medewerking van de partijen, die sterk in hun autonomie gerespecteerd worden, zonder het financiële belang, maatschappelijk belang en het risicodragerschap van de gemeentes uit het oog te verliezen. Daarnaast bestaat er een ambtelijke werkgroep verbonden partijen, waar alle 14 Twentse gemeentes deel aan nemen. Per partij is er een kerngroep, die hun verslag deelt met alle andere gemeentes. Het verschilt per kerngroep hoe deze functioneert, dus het vermeende grote succes van de Twente samenwerking moet licht genuanceerd worden. De totaal-risicoscore mondt uiteindelijk uit in verschillende vormen van toezicht: minimaal, basis en verhoogd toezicht: een variabel en gedifferentieerd toezichtsprofiel kortom. Toch kan iets per gemeente een net andere kleur hebben, door bijvoorbeeld wisselend financieel belang, of politiek verschil (zoals bij Afvalverwerking Twente).
Voordelen en meer grip
In Twents verband hebben tot nu toe elk jaar de gezamenlijke rekenkamers een verbonden partij onder de loep genomen. De Raden raken zo in gesprek, wat een absoluut voordeel is. Verder houden de gemeentes elkaar scherp in de analyse van de uitkomsten van de profielen en is kennisdeling essentieel. Maar de hamvraag blijft: is er door deze samenwerking behalve meer zicht op de ontwikkelingen en risico’s ook meer grip ontstaan? Daarbij speelt altijd de kwestie in hoeverre wordt toegestaan dat een GR eigen vermogen opbouwt. Almelo en Enschede vinden het essentieel dat er eigen bewegings- en sturingsruimte bij de verbonden partij bestaat. Geef de verbonden partij kortom de kans om zelf in control te zijn, zorg dat je eventuele tekortkomingen en risico’s tijdig signaleert om vervolgens de bal te leggen waar deze thuishoort. Het blijft een kwestie van balans en steeds opnieuw het gesprek durven voeren over autonomie versus mee- besturen en toezicht houden.