Een levende paragraaf weerstandsvermogen binnen de gemeente Nissewaard

Marcel Schippers is sinds ruim 1,5 jaar concerncontroller van gemeente Nissewaard. Hij vertelt dat in gemeentes van oudsher wordt aangestuurd om een sluitende begroting te hebben. Een aantal jaren geleden kwam daar het weerstandsvermogen bij, en tegenwoordig is er ook een derde pilaar: de financiële ratio’s.

In de fysieke werkelijkheid blijft het ‘huis’ staan als een van die pilaren verzwakt, maar als er 2 van de 3 doorbuigen zal het instorten. In elke begroting moeten dan ook altijd die 3 pilaren terugkomen. De paragraaf weerstandvermogen is daarmee een belangrijke uitspraak van de organisatie over de weerbaarheid van de gemeente en hoort Volgens Schippers eigenlijk voorin, bij de samenvatting van de begroting thuis. Bij Nissewaard is de paragraaf geen simpele invuloefening maar de basis voor een dialoog op meerdere niveaus.

Weerstandsvermogen

De paragraaf weerstandsvermogen, zegt Schippers, is uiteindelijk niet veel meer dan de schriftelijke weerslag van een proces. Je doorloopt het risicomanagementproces met elkaar en twee keer per jaar leg je er verantwoording over af aan de Raad. Het is essentieel dat het een echt levend proces is waar voortdurend aan wordt gewerkt (zoals in collegevoorstellen), waarbij de risico’s ook in de financiële paragraaf moeten worden genoemd. De paragraaf weerstandvermogen is momenteel uitgebreid met de financiële indicatoren, en ook daarvoor geldt dat het voornamelijk gaat om betekenis doorgronden en doorvragen. De kern van de zaak is kortom het proces om tot de paragraaf weerstandvermogen te komen. Hoe kom je aan je top 10 van risico’s? Zijn het gewoon tien risico’s  benoemd door een enkel persoon of is er een breed  gedragen risicoprofiel en zie je een dubbele validatie in het proces op basis waarvan de top 10 is samengesteld? Kennis en kunde zijn in dit proces essentieel.

Risico’s en risicoreserves

Schippers vertelt dat in gemeente Nissewaard aan alle directeuren en de gemeentesecretaris is gevraagd wat ze als de grootste drie risico’s zien. Er werd hun hierbij opgedragen niet te overleggen met het MT, maar deze top 3 vooral vanuit hun eerste ingeving samen te stellen. Deze is uiteindelijk naast de bottom-up inventarisatie van Naris gelegd en de verschillen die naar boven kwamen zijn geïntegreerd. Hiernaast is model van Kaplan verwerkt met zijn externe, interne en te voorkomen risico’s. In gemeente Nissewaard bestaat een algemene risicoreserve, een fysieke risicoreserve en een sociale risicoreserve. Schippers vertelt dat er onlangs ook gekeken is welk risico theoretisch te matchen is met welke risicoreserve. Dat zijn interessante inzichten die we dit jaar hebben opgedaan.’ Dit kan uiteindelijk voor veel rust zorgen. De paragraaf is in wezen de resultante van een integraal organisatie breed proces, waarbij vooral gefocust wordt op de dialoog.

Politiek en de weerstandsparagraaf

Volgens Schippers wordt de paragraaf weerstandsvermogen ook in de directie geagendeerd en op een zeker detailniveau besproken. Ook het college neemt kennis van de uitkomst van het proces. Er wordt vaak  gevraagd hoe je een  bepaald risico in de risicoparagraaf moet lezen, er is behoefte aan meer achtergrond en een heldere uitleg. Schippers vertelt dat hij de raadsfracties in de afgelopen gemeenteraad over de begroting 2019 heeft horen vermelden dat ze blij zijn dat de weerstandratio weer gezond is, dat de solvabiliteitsratio aan het groeien is, en dat de schuldquote acceptabel is.  Binnen de politiek leeft het thema dus zeker.

Een belangrijke verbetering zou zijn om in de paragraaf weerstandsvermogen aan te geven wat de belangrijkste stijgers en dalers zijn ten opzichte van de vorige keer. Op deze manier verliest de paragraaf weerstandsvermogen zijn statische karakter en komt werkelijk tot leven. Het proces dat erachter ligt wordt zichtbaar gemaakt. Als grotere gemeente word je meer dan een kleine gemeente ertoe gedwongen een goede standaard risicotaal en risicoregister neer te zetten aangezien je het niet allemaal meer op je telraam kunt uitrekenen. Het is daarbij wel belangrijk om risicogesprekken te voeren, risicokaarten te maken en interviews af te nemen.

Kwantitatief sceptisch

Schippers denkt mee bij nieuwe voorstellen maar voert ook direct een gesprek met beslissers over onzekerheid. Hij ziet het als zijn taak om de consequenties eerlijk in beeld te brengen, om de werkelijkheid te tonen in plaats van sprookjes. ‘Ik zeg dan: dat kun je best doen, maar het heeft wel consequenties voor je ratio. Dan schuif je weer van 1,0 naar 0,8 bijvoorbeeld.’ De ratio is niet heilig maar een bewegend element, een soort spiegel die waakzaamheid garandeert. Schippers is in dit licht niet zozeer kwantitatief enthousiast maar eerder kwantitatief sceptisch. Hij is zich ervan bewust dat veel gebaseerd is op aannames. ‘Niemand kan in de toekomst kijken dus je maakt met de huidige kennis de beste inschatting.’ Zelfs een jaarrekening is volgens hem een mening want ook daar zitten aannames in en schattingen over risico’s, zoals bijvoorbeeld bij grondexploitaties. ‘Het is belangrijk dat een aantal kernachtige aannames goed worden gedocumenteerd in de begroting. Hierdoor is deze informatie over een jaar weer goed terug te vinden en uit te leggen aan jezelf en anderen.’

Aansprakelijkheid

Momenteel is binnen het BBV(*artikel3 lid b) voorgeschreven dat er in het programma de relatie wordt gelegd met de verbonden partijen. In de gemeente Nissewaard is dit vormgegeven via een digitale link naar de betreffende paragraaf.  Schippers vindt het een goed idee om ditzelfde met risico’s te doen. De kernvraag is hier of het college expliciet op durft op te schrijven welke risico’s er bestaan. Rondom de grondexploitaties is dit wel gerealiseerd. In de begroting en jaarstukken wordt momenteel met een top 25 gewerkt.

Maar volgens Schippers speelt ook de cultuur van alledag een grote rol. Bij de haven is momenteel een op afstand beweegbare brug geplaatst, terwijl in Noord- Holland laatst met eenzelfde soort brug een ongeluk gebeurde. In zo een geval kan de gemeente aansprakelijk worden gesteld als er iets mis gaat. Wat betreft de risk appetite: de gemeente is als wegbeheerder aansprakelijk als er wat misgaat, maar deze kans is relatief klein. Het risico ligt uiteindelijk niet alleen op financieel gebied maar gaat vooral over imagoschade. De vraag is wat je dan als college beslist. Wegen de kosten van de beheersing op tegen het daadwerkelijke risico? Het is zeker belangrijk om de politiek iets over deze onzekerheid te laten zeggen.

Risk appetite: een instrument tot dialoog

Schippers vertelt dat gemeente Nissewaard de begroting momenteel zo heeft gevisualiseerd dat die in een oogopslag te bevatten is.  Het versimpeld weergeven van een begroting heeft echter ook  haken en ogen. Wijzigingen in de begrotingsopzet of verschuivingen tussen budgetten leiden daardoor soms tot verkeerde conclusies.  

Het expliciet neerzetten van ambitie versus risk appetite roept bij Schippers eenzelfde soort angst op. Risk appetite ziet hij meer als een goed instrument om een dialoog aan te gaan. ‘Als je dit in bijvoorbeeld grafieken gaat visualiseren heb je de kans dat het een politieke speelbal wordt.’

Control en conclusie

Binnen de afdeling Financien van gemeente Nissewaard is een team werkzaam dat advies en control heet. ‘Zelf geloof ik dat deze twee onlosmakelijk samenhangen en dat het belangrijk is de control af te pellen: dus wat is het speelveld, wat voor types controle heb je, wat verstaan we er precies onder en hoe richt de gemeente zich in.’

Concluderend kun je stellen dat de huidige paragraaf weerstandsvermogen goed in elkaar zit, maar Schippers ziet wel aanvullingen. Volgens hem is het essentieel dat het proces beschreven wordt en je per afdeling alle risico’s in soorten en in een top 10 laat zien. Daarnaast zijn de stijgers en de dalers onmisbare elementen, aangezien die de dynamiek aan het profiel geven.

LinkedIn
Twitter
Facebook
Email
Print
risicomanagement internal control

In het kort:

Meer artikelen: